Meer lezen?
Kies rechts in het menu het volgende verhaal over solidariteit dat u wilt lezen of ga terug naar de overzichtspagina.
Solidariteit is iets moois en iets goeds: met elkaar, voor elkaar. Maar het is ook een lastig begrip. Dat er diverse artikelen in dit jaarverslag aan gewijd worden, toont wel aan dat er kennelijk veel over te zeggen is. Van Dale omschrijft ‘solidariteit’ als ‘bewustzijn van saamhorigheid en bereidheid om de consequenties daarvan te dragen’. Als mensen zich online via een prijsvergelijker inschrijven bij een verzekeraar, is er dan een gevoel van saamhorigheid met de andere deelnemers? Ik denk het niet. Toch zeggen we geregeld dat verzekeraars solidariteit creëren, doordat zij mensen met verschillende risico’s samenbrengen en dezelfde premie laten betalen: degene met een lager risico/meer geluk draagt bij aan de uitkeringen voor degene met een hoger risico/minder geluk. Solidariteit is dan wel niet het doel van het moderne verzekeren, het ontstaat op deze manier wel als bijproduct.
Eigenlijk is ‘solidariteit’ een ingewikkeld woord: het heeft allerlei verschillende betekenissen en zaait daarmee verwarring. Je hebt verschillende vormen van solidariteit, die we met ingewikkelde termen nader duiden. Er is sprake van kanssolidariteit als mensen een zelfde kans hebben op bepaalde schade. Dit is wat we in het moderne verzekeren zien en vraag is of je dit wel solidariteit moet noemen: het ‘kost’ immers niets om je dan ‘solidair’ met elkaar te verklaren. Je neemt dan gewoon een verstandig besluit, om in geval van pech voor de een, elkaar bij te staan. Je doet dit vanuit eigenbelang, niet vanuit het belang van de ander. Denk aan de Van Dale-definitie: er zijn eigenlijk geen echte consequenties die gedragen worden. Je betaalt weliswaar een premie, maar dat is de prijs die je betaalt om je eigen risico onder te brengen bij de verzekeraar.
Aan de andere kant is er risicosolidariteit. Dit is solidariteit als die kansen niet gelijk zijn, maar de een meer risico loopt dan de ander. Dit ‘kost’ mensen met een laag risico dus wel iets: zij betalen relatief veel premie. Vraag is hoe lang mensen dit vrijwillig doen als ze weten dat ze zelf een laag risico vormen.
Behalve het onderscheid tussen kans- en risicosolidariteit, kun je ook onderscheid maken tussen koude en warme solidariteit. Solidariteit is warm als mensen solidair zijn uit eigen beweging, terwijl gecalculeerde/gedwongen solidariteit weer koude solidariteit heet. Allemaal verbijzonderingen, omdat het woord ‘solidariteit’ zelf nog niet zo veel zegt.
Als Verbond zijn we trots op de private verzekeringsmarkt in Nederland. Klanten kunnen zich in ons land goed verzekeren. De concurrentie is groot, klanten kunnen zich via internet eenvoudig verzekeren en overstappen, bedrijven doen hun best duidelijk te maken wat er onder de dekking valt (niet in de laatste plaats met behulp van de Verzekeringskaart, een initiatief van het Verbond dat nu Europees wordt omarmd). De Nederlandse verzekeringsmarkt is een inclusieve markt: de toegang tot verzekeringen is breed. En waar mensen toch tegen de grenzen van de verzekerbaarheid aanlopen, is er de Vereende.
Het Verbond wil dit graag zo houden. Maar we zien de druk op die toegang tot de verzekeringsmarkt wel toenemen. Verzekeraars en klanten krijgen steeds meer inzicht in de risico’s. De samenleving als geheel vergaart steeds meer kennis, onder andere over de risico’s van bepaalde levensstijlen. Hierdoor vermindert de ruimte voor risicosolidariteit. Al zien we hier ook een nieuwe elan voor onderlinge maatschappijen ontstaan.
Vanwege de mogelijke druk op de toegang tot de verzekeringsmarkt ontwikkelt het Verbond momenteel de Solidariteitsmonitor: een instrument waarmee we jaarlijks gaan meten in hoeverre de premies van een grote groep maatmensen zich ontwikkelt. Lopen die premies steeds meer uit elkaar, dan kan dat tot verzekerbaarheidsproblemen leiden. En dat willen en moeten we voorkomen. Onze Gedragscode Verzekeraars zegt immers dat wij ons zullen inspannen om onverzekerbaarheid te voorkomen. Al zouden we dit ook zonder die code moeten willen bewaken: als er groepen klanten buiten de boot vallen, is dat maatschappelijk ongewenst en leidt dat uiteindelijk ook tot politieke reacties. Juist om dit leed te voorkomen is de Vereende ooit opgericht, als laatste redmiddel voor moeilijk verzekerbare klanten en risico’s. Het is dus heel goed dat de Vereende er is, maar we hopen wel dat jullie niet exponentieel gaan groeien!
Sinds 1 januari 2005 is Leo de Boer directeur van het Verbond van Verzekeraars. Zijn portefeuille bestaat uit de afdeling Schadeverzekeringen, Algemene Beleidszaken, Dienstverlening en het Platform Onderlinge Verzekeraars. Binnen het Verbond is Leo de Boer tevens verantwoordelijk voor het brancheprogramma over Innovatie.
Leo de Boer studeerde Nederlands Recht aan de VU te Amsterdam met als hoofdrichting privaatrecht.
Kies rechts in het menu het volgende verhaal over solidariteit dat u wilt lezen of ga terug naar de overzichtspagina.