15 november '23 - Op 1 juli 2023 is de Wet goed verhuurderschap (Wgv) in werking getreden. De Wgv stelt een norm vast voor ‘goed verhuurderschap’ en geeft de gemeente de mogelijkheid deze norm te handhaven. Waar moeten verhuurbemiddelaars met de Wgv rekening mee houden?
Met betrekking tot de reikwijdte wordt vooropgesteld dat de Wgv zich richt tot verhuurders en verhuurbemiddelaars. Een verhuurbemiddelaar onder de Wgv is een natuurlijke of rechtspersoon die als de lasthebber, bedoeld in artikel 7:414 lid 1 BW, namens de verhuurder handelingen verricht om een overeenkomst van huur van een woon- of verblijfsruimte tot stand te brengen. De wet rept ook over ‘beheerder’, maar dit is slechts de door het college van B&W aangewezen beheerder, wanneer als meest verstrekkende sanctie een woon- of verblijfsruimte verplicht onder beheer wordt gesteld vanwege schendingen van de Wgv.
In deze column zullen kort de nieuwe verplichtingen voor verhuurbemiddelaars besproken worden. Ik heb hier vanzelfsprekend alleen de hoofdlijnen behandeld. Verhuurbemiddelaars doen er goed aan zich tijdig nader te informeren over de bepalingen die voor hen van belang zijn.
Goed verhuurderschap
De Wgv stelt een norm vast voor "goed verhuurderschap":
Een aantal regels voor goed verhuurderschap komt ook voor in het wetboek van strafrecht of het BW, maar de Wgv beoogt dat (ook) de gemeente handhavend kan optreden. Zo is in het BW opgenomen dat het voor een verhuurbemiddelaar verboden is om twee heren te dienen. Dit houdt in dat een makelaar niet van zowel de huurder als verhuurder commissie kan ontvangen voor zijn diensten. Op grond van de Wgv kan nu ook de gemeente dit verbod handhaven. Dit geldt ook voor het in rekening brengen van servicekosten, anders dan de regels uit het Burgerlijk Wetboek die dit een aangelegenheid tussen verhuurder en huurder maakt.
Sancties en de verhuurvergunning
- De Wgv maakt mogelijk dat bij een cumulatie van (afzonderlijke) overtredingen consequenties te verbinden aan de (bredere) verhuurpraktijken van een verhuurder. De gemeente zal handhavend optreden.
- Voor de handhaving van de Wgv heeft de gemeente verschillende mogelijkheden: Een waarschuwing, herstelsanctie, bestuurlijke boete (oplopend tot EUR 90.000) en/of inbeheername. De sancties moeten altijd proportioneel zijn, maar er is geen verplichte escalatieladder. Het is van belang tijdig de bezwaar- en beroepsprocedure te volgen, indien men het oneens is met een besluit van de gemeente.
- De gemeente kan gebieden aanwijzen waar een verhuurvergunning verplicht wordt. Aan deze verhuurvergunning kunnen extra vereisten van ”goed verhuurderschap” verbonden worden.
Philip du Perron, werkzaam bij Dentons op de vastgoedafdeling & beroepsaansprakelijkheid