Welke verantwoordelijkheid draagt de gevolmachtigd agent bij voortzetting van een verzekeringsportefeuille door een andere verzekeraar?


20 september '23 - De verzekeraar die een verzekeringsportefeuille overneemt zal in zekere mate moeten onderzoeken welke risico’s zij over wil nemen en welke niet. In hoeverre is de gevolmachtigd agent die de eerdere verzekeraar assisteert verantwoordelijk voor het wijzen op bijzondere risico’s in deze portefeuille? Dit speelde onlangs in een zaak bij het hof Arnhem-Leeuwarden [1]. Daarbij had de eerdere verzekeraar aan de gevolmachtigd agent aangegeven dat een van de verzekeringen in de portefeuille beëindigd zou worden. De gevolmachtigd agent heeft dit vervolgens niet medegedeeld aan de (gevolmachtigd agent van de) verzekeraar die de portefeuille wilde voortzetten. In hoeverre is dit toe te rekenen aan de gevolmachtigd agent, en in hoeverre rust er een onderzoeksplicht op de verzekeraar?

Wat is er gebeurd?

Insureq trad op als gevolmachtigd agent van Delta Lloyd voor een agrarische verzekeringsportefeuille. In die portefeuille viel een brandverzekering voor twee opstallen van Aantjes Vastgoed. In 2015 is in een van die gebouwen – namelijk in gebouw B - brand uitgebroken. Naar aanleiding van die brand merkt Delta Lloyd op dat er een detectie/blus-systeem geplaatst moest worden gelet op de omvang en de aard van het risico. In maart 2017 heeft Delta Lloyd aan Insureq laten weten dat als dit preventieadvies niet opgevolgd zou worden, Delta Lloyd de verzekering zou beëindigen per 1 januari 2018.

Begin 2017 heeft Delta Lloyd Insureq gevraagd om de gehele agrarische portefeuille, waaronder de verzekering van Aantjes Vastgoed, ergens anders onder te brengen. De Goudse had interesse in de agrarische portefeuille en heeft haar volmachthouder Licent hierover informatie laten inwinnen bij Insureq. In mei 2017 hebben Licent en Insureq afgesproken dat Insureq de bijzondere afspraken in de volmachtportefeuille zou mailen. Insureq heeft in september 2017 een mail aan Licent gestuurd met een Excel-bestand, waarin per polis is aangegeven wat de verzekerde hoedanigheid en het verzekerde belang is en de eventuele bijzonderheden. Ook Aantjes Vastgoed is opgenomen in dit bestand. Als bijzonderheid heeft Insureq wel geschreven: Vestiging Naturesbest. Dat was de desbetreffende huurder van gebouw B. In het Excel-bestand is niet vermeld dat Delta Lloyd in augustus 2017 aan Insureq heeft laten weten dat de verzekerde zaken van Naturesbest en gebouw B van Aantjes Vastgoed niet langer in de agrarische tekening konden blijven, en dat de dekking tot uiterlijk 1 januari 2018 gehandhaafd zou blijven.

Licent heeft het Excel-bestand beoordeeld en naar De Goudse gestuurd. De niet gemarkeerde risico’s kwamen in de volmacht, en de rood gemarkeerde risico’s zouden nader beoordeeld worden. De polis van Aantjes Vastgoed was niet rood gemarkeerd.

Aan Aantjes Vastgoed is een nieuw polisblad gestuurd waarop een handelsnaam van De Goudse als risicodrager is vermeld. Het polisblad is door Licent als gevolmachtigde ondertekend.

In oktober 2018 is tweemaal brand ontstaan in gebouw B van Aantjes Vastgoed. De Goudse heeft de schade vergoed op basis van verkoopwaarde. De Goudse heeft vervolgens Insureq hiervoor aansprakelijk gesteld.

 

Wat oordeelde het hof?

Het hof toetst het handelen van Insureq aan art. 6:162 BW (onrechtmatige daad) en stelt dat de omstandigheden van het geval bepalend zijn bij de beoordeling hiervan. Het hof acht hierbij van belang:

(1) dat Insureq als gevolmachtigde van Delta Lloyd over voor De Goudse relevante informatie beschikte, (2) dat de belangen van De Goudse kenbaar waren voor Insureq,
(3) in hoeverre het bezwaarlijk was om met die belangen van De Goudse rekening te houden,
(4) de aard en omvang van het nadeel dat dreigde voor De Goudse en de vraag of van Goudse kan worden gevergd dat zij zich daartegen had ingedekt; en       
(5) de functie van de gevolmachtigde in het maatschappelijk verkeer, waarbij wordt gekeken naar hoe een redelijk handelend en redelijk bekwaam gevolmachtigde zou hebben gehandeld.

Het hof overweegt dat Insureq wist dat de activiteiten van Naturesbest een industrieel karakter hadden, dat daarom meer preventiemaatregelen vereist waren en dat de premie bij industriële tekeningen hoger ligt dan bij agrarische tekeningen. Insureq was daarnaast op de hoogte van het besluit van Delta Lloyd en had kunnen weten dat dit ook relevant was voor De Goudse bij de beoordeling welke verzekeringsovereenkomsten zij wilde voortzetten. Niet helder is volgens het hof waarom Insureq deze informatie niet heeft gedeeld. Het hof concludeert dan ook dat Insureq onrechtmatig heeft gehandeld  ten opzichte van De Goudse door niet te wijzen op de voorgenomen opzegging.

Eigen schuld

Insureq stelt nog dat de schade voor rekening van De Goudse moet blijven, omdat De Goudse zelf de keuze heeft gemaakt om te volstaan met zeer beperkte informatie over de agrarische verzekeringsportefeuille. Bovendien heeft De Goudse samen met Licent zelf bepaald welke informatie zij van Insureq wilde ontvangen.

Het hof oordeelt dat de schade inderdaad mede het gevolg is van omstandigheden die aan De Goudse kunnen worden toegerekend. Daarbij weegt mee dat Licent en De Goudse de vraagstelling aan Insureq beperkt hebben gehouden, terwijl er wel degelijk aanleiding bestond om na het doornemen van het ontvangen Excel-bestand door te vragen over de aard van de activiteiten van Naturesbest. Dat heeft De Goudse niet gedaan. De Goudse heeft verder de dossiers en locaties van de voortgezette verzekeringen niet direct geïnspecteerd. Verder is nog aan De Goudse toe te rekenen dat De Goudse na de branden niet heeft onderzocht of Aantjes Vastgoed wel had voldaan aan de brandveiligheidsvoorwaarden die in de polis van De Goudse waren opgenomen. Alles afwegend oordeelt het hof dat 40% van de schade voor eigen rekening van De Goudse moet blijven.

 

Voor de praktijk

Het oordeel van het hof dat Insureq de informatie over de voorgenomen opzegging met Goudse had moeten delen en om die reden gedeeltelijk aansprakelijk is voor de als gevolg van de brand door Goudse betaalde schade is behoorlijk verstrekkend. Het oordeel lijkt echter erg verweven met de relevante feiten en omstandigheden van het geval. Zoals het feit dat Insureq tijdens de zitting kennelijk niet kon uitleggen waarom de informatie over de polis van Aantjes Vastgoed niet was verschaft en waarom het bezwaarlijk zou zijn om die informatie te verschaffen. Dit in combinatie met de e-mail van Licent waarin was vastgelegd dat Insureq informatie over bijzondere afspraken zou delen, heeft het hof mogelijk tot dit oordeel gebracht dat Insureq hier onrechtmatig heeft gehandeld jegens De Goudse.

Er lijkt echter ook nog een en ander onduidelijk te blijven over de (kwalificatie van de) portefeuilleoverdracht. Wij kunnen dan ook niet uitsluiten dat er ook een ander oordeel mogelijk was geweest. Ook sluiten we niet uit dat Insureq op het moment van schrijven nog de mogelijkheden van cassatie aan het onderzoeken is.  

Het is dan ook lastig te beoordelen of uit het arrest een algemenere regel kan worden afgeleid. Dat zal de toekomst moeten uitwijzen. Dit blog heeft dan ook vooral een signalerende functie.

 

[1] Hof Arnhem-Leeuwarden 13 juni 2023, ECLI:NL:GHARL:2023:5011

 

Auteurs

Marloes Horstman en Martijn Maas, JPR Advocaten

Auteur Marloes Horstmanauteur JPR Martijn Maas